De kleine eetzaal zat vol. Hij aarzelde op de drempel, keek rond, zag Beerta niet, en liep toen gespannen tussen de tafels door naar een tafeltje tegen de achterwand dat net ontruimd was. Toen hij ging zitten knikte hij schuw in de richting van een paar mannen die naast hem zaten te ontbijten. 'Guten Morgen,' mompelde hij en wendde meteen zijn hoofd weer af, zodat hij in het onzekere bleef over de uitwerking van zijn groet. Hij legde het congresprogramma naast zich op de tafel, vouwde de krant die hij van huis had meegenomen open en keek op de voorpagina. Om hem heen waren de geluiden van ontbijtende mensen: bestek, aardewerk, gedempt gewisselde opmerkingen. Een meisje ontruimde zijn tafel, vroeg wat hij drinken wilde en zette een schaal met brood en een schaal met kaas en vleesbeleg bij hem neer. Hij keek langs zijn krant toe, onzeker hoe hij zich moest gedragen.
Uit: Vuile handen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten